Content |
Dit is de sproke van Broederke Valentijn, Bezorgd en gecommentarieerd door Dr. Peter Nissen en Prof. Dr. August Keersmaekers; tekeningen van Koen De Frenne.
Nugi 350
Ter inleiding:
Op 13 november 1957, ruim een half jaar na het verschijnen van ‘Dit is de sproke van Broederke Valentijn’ wijdde de literatuurcriticus van de NRC in de rubriek “Het Boek Vandaag” enkele regels aan het nieuwe verhaal van Ernest Claes.
Het verhaal vertelt in acht korte hoofdstukjes de levensgeschiedenis van de wees Jan Costers uit Poppel, ook geheten de de Rosse van Poppel, die zich bij een klooster in het Kempenland meldt om er als broeder de Heer te dienen. En hoewel hij tijdens het toelatingsexamen mededeelt dat hij vooral goed is in harmonica spelen en in komedie spelen en hij daarenboven de kalende novicemeester tracht te troosten met de ontboezeming dat zijn vader zaliger ook kaal was, “juist een kindergatje”, wordt hij toch toegelaten.
Zelf wil de Rosse van Poppel in het klooster graag broeder Godefridus heten, maar de novicemeester bedenkt dat er vroeger in het klooster een oud heilig en eigenaardig broederke was die Valentinus heette en schenkt Jan Costers daarom de kloosternaam van Broeder Valentijn.
Broeder Valentijn leidt een vroom en arbeidzaam leven, en verblijdt bovendien de kloostergemeenschap met zijn onschuldige kattekwaad en ongekunstelde vroomheid. “Wat ze vooral zo schoon aan Broederke Valentijn vonden”, aldus Claes, “was dat hij niet begon met de heilige uit te hangen”.
Broederke Valentijn geraakt al snel geliefd bij alle bewoners van het klooster. Twee van de acht hoofdstukken van Broederke Valentijn zijn gewijd aan de omgang van de broeder met dieren.
Inhoud:
- De zaligspreking van de lach door dr. Peter Nissen.
- Dit is de sproke van Broederke Valentijn door dr. Ernest Claes.
- Zo bad Jan Vervloet te Scherpenheuvel door dr. Ernest Claes.
- Tussen Hageland en Kempen door Prof. dr. August Keersmaekers.
|