Het muziekleven in Noord-Brabant, 1770-1850

Uit Woord vooraf:

Een musicus is een doe-mens. In zijn gelukkigste momenten is hij bezig met wat Henri de Regnier noemde “un plaisir délicieux et toujours inutile” op een gebied dat Theodor W. Adorno betitelde met “ein sanktionniertes Schutzgebiet der Irrationalität”. Schrijvers en filosofen hebben er blijkbaar geen moeite mee de halszaak van een ander met nutteloos en onwezenlijk af te doen, zelfs al is het van beiden bekend dat zij de muziek van ganser harte waren toegedaan.

Inhoudsopgave:

WOORD VOORAF

ARCHIVALIA

BRONNENPUBLIKATIES EN LITERATUUR

GEBRUIKTE AFKORTINGEN

VERANTWOORDING EN BESCHOUWING

Hoofdstuk I: VOORSPEL

Hoofdstuk II: COLLEGIUM MUSICUM, MUZIEK-COLLEGIE EN SOCIETEIT _ 1. Collegium en Collegie _ 2. De Sociëteiten en de dansrage _ 3. Sociëteit en gezelligheid   54-71

Hoofdstuk III: THEATER EN MUZIEK _ 1. Wat er in het gewest zoal was in de 18e eeuw _ 2. De Franse tijd voorbij, het Frans nog niet verdwenen _ 3. Het opdringen van de Duitse cultuur

Hoofdstuk IV: DE STEM VAN HET CONCERT IN DE LOFSTEM DER KERKEN _ 1. Kerkmuziek en organisten in de Kerken van de Reformatie _ 2. Kerkmuziek, orgels en organisten in katholieken kerken

Hoofdstuk V: MILITAIRE MUZIEK EN MUZIEKVERENIGINGEN _ 1. Militaire muziek in Franse tijd en Koninkrijk _ 2. Oude afkomst en militair vertoon als muzikale inspiratie voor de burgerij _ 3. Strubbelingen rond de schutterijmuziek _ 4. Feiten, problemen en vaagheden rond dirigent, instrument en repertoire _ 5. Het komen en gaan van muziekverenigingen

Hoofdstuk VI: HET ONTSTAAN VAN DE ZANGVERENIGINGEN _ 1. Nadering  van het nieuwe _ 2. Bewustwording van het eigen kunnen _ 3. De doorbraak van de liedertafel

Hoofdstuk VII: STAND BOVEN STAND EN ONDERSTAND _ 1. IJverig geven door muziek en benard leven in stilte _ 2. De weldaad als attractie voor de weldoener _ 3. Weldadigheid bij monde van de vocaliteit _ 4. De keerzijde van de medaille _ 5. De Bergzangers en de filantropie _ 6. Muziek alleen te weinig voor het losweken van mededogen _ 7. Muzisch mededogen steekt de grenzen over _ 8. Muzikale bedrijvigheid en standenonderscheid

Hoofdstuk VIII: DILETTANTEN EN MUZIKANTEN, BOLLEBOZEN EN VIRTUOZEN _ 1. Verstrooiing voor de welstand, of van divertissement naar concert _ 2. De eerste concerten en de franje van het sociaal gebeuren _ 3. Nieuwe moed na de strubbelingen van 1830 _ 4. Muziek en publiciteit _ 5. De kunst uit het Zuiden favoriet _ 6. “Tableau de la troupe”

Hoofdstuk IX: HANDEL EN WANDEL _ 1. “Natura artis magistra” _ 2. Handel in tweedehands orgels _ 3. ‘De orgelmaaker’ en de orgelmakers _ 4. Kopen, bekijken en maken van piano’s _ 5. Musicus en muziekhandel

Hoofdstuk X: MUZIEKONDERRICHT EN IETS OVER DE AFGEWORPEN VRUCHTEN _ 1. Oude practijken en nieuwe denkbeelden _ 2. De Koninklijke Muziekschool in Den Bosch en de Bredase instituten _ 3. Muziekmeester, dansmeester, klaviermethodiek en organist _ 4. IJverige leermeesters en de trots van hun werk _ 5. Docentenmuzijk als reclame voor de lespractijk _ 6. Muziek verheft de stand van burgerkostschool en pensionaat

SAMENVATTING EN CONCLUSIE

SUMMARY

INDEX VAN GEOGRAFISCHE NAMEN

INDEX VAN PERSOONSNAMEN

CURRICULUM VITAE